Wil je zoveel mogelijk kunnen eten uit de eigen moestuin, kies dan voor groenten met een grote opbrengst! Zo bespaar je veel geld in de supermarkt én oogst je langdurig heerlijk verse groenten voor het hele gezin.
Lees verder na de advertentie
Spring snel naar:
Groenten met een grote opbrengst kiezen
Wil groenten met een grote opbrengst kiezen, dan is het belangrijk dat je let op een aantal zaken. Ten eerste wil je natuurlijk per plant zoveel mogelijk kunnen oogsten. Maar heb je meer planten nodig, kies dan het liefst soorten die weinig ruimte innemen of die je kunt laten klimmen.
Denk ook aan de oogstperiode. Van sommige gewassen kun je de hele zomer blijven oogsten, terwijl andere soorten oogst leveren op een moment dat er weinig anders beschikbaar is. En word je overdonderd door een enorme oogst, dan is het ook fijn als je de groenten makkelijk kunt bewaren.
Wekelijks tuintips in je mail
Iedere week dit soort handige (moes)tuintips, checklists en inspiratie in je mailbox? Meld je dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief!
De beste groenten met een grote opbrengst
Natuurlijk is het belangrijkste dat je kweekt wat je lekker vindt. maar wat ons betreft verdienen de volgende groenten een plek in elke (moes)tuin:
Knolgewassen
Een aantal van de gewassen die de grootste oogst opleveren doen hun goede werk onder de grond. Kies bijvoorbeeld deze knolgewassen:
Bieten
Knolgewassen kunnen een behoorlijke opbrengst opleveren en bieten zijn daarvan een uitstekend voorbeeld. Je hebt niet veel ruimte nodig om ze kweken, zeker niet als je de knollen al jong oogst – of als je ze als microgroenten kweekt. Dun de planten goed uit en geef ze voldoende ruimte om grotere bieten te krijgen. En vergeet niet dat ook het blad eetbaar is – lekker om te roerbakken.
Meer lezen: Rode bieten zaaien: deze methode werkt altijd
Meirapen
Deze ‘vergeten groente’ zul je in de supermarkt zelden tot nooit tegenkomen, maar hij is de moeite van het telen zeker waard. Je kunt hem namelijk zowel in het voorjaar (zaaien in maart en april) als in het najaar (zaaien in augustus) oogsten. En net als bij bieten kun je ook het loof eten. Rauw smaakt de meiraap radijsachtig, maar gekookt is hij zacht en een beetje zoet, en doet hij eerder denken aan aardappelen.
Aardappelen
Het is niet verwonderlijk dat aardappelen over een groot deel van de wereld zo veel gegeten worden. Ze zijn makkelijk te verbouwen, voedzaam en op heel veel manieren te bereiden. En ook niet onbelangrijk: ze zijn goed te bewaren. Kweek zelf aardappelen door pootgoed te kopen, de knollen voor te kiemen en ze tussen februari en april uit te planten. Geef voldoende water en zonlicht en wacht met oogsten tot de planten beginnen te bloeien (vroege soorten) of tot de knollen groot genoeg zijn (latere soorten).
Uien
In de keuken zijn uien een van de beste smaakmakers – gebakken als heerlijk zoete basis voor allerlei gerechten of bijvoorbeeld in de uiensoep. En het is gelukkig heel eenvoudig om ze te kweken. De makkelijkste en snelste manier is om pootgoed te kopen en deze plantuien uit te planten. Maar zaaien kan ook. Veel uiensoorten kun je bovendien goed bewaren, dus je kunt lang van je oogst genieten. En mochten de bollen onverhoopt niet tot wasdom komen: het loof is ook eetbaar, dus er is altijd wel iets te oogsten.
Vruchtgewassen
Sommige vruchtgewassen blijven de hele zomer geven. Zaai vooral deze soorten:
Courgettes
De courgette is een familielid van de pompoen en produceert vruchten dat het een lieve lust is. Het kweken is erg makkelijk: stop in mei (zodra er geen kans meer is op vorst) een zaadje in de grond op een zonnige plek, geef water en wachten maar.
Courgettes zijn met recht groenten met een grote opbrengst te noemen. Want zodra de plant eenmaal vruchten krijgt, is er geen houden meer aan! Zet voor een goede bestuiving liefst twee planten neer (zodat je altijd mannelijke en vrouwelijke bloemen hebt) en geef de planten voldoende water en mest. Dan kun je met een beetje geluk vrijwel dagelijks oogsten.
Komkommer
Net als courgettes geven komkommers een overvloedige oogst. Je kweekt ze bovendien op dezelfde manier. Zet wat bloemen in de buurt om meer bestuivers te lokken voor je groente. Komkommers krijgen trouwens zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen (en veel moderne soorten zelfs alleen vrouwelijke), dus van slechts één plant oogst je al veel vruchten. Kun je geen komkommer meer zien? Maak ze dan in en bewaar ze voor later.
Tomaten
Het is echt niet lastig om tomaten te kweken! Zaai ze in maart binnen voor en geef de zaailingen genoeg licht. Na IJsheiligen kun je de jonge plantjes uitplanten. Heb je geen kas, kies dan voor tomaten die geschikt zijn voor de buitenteelt. Geef ze veel zon, en geef regelmatig water en vloeibare tomatenvoeding. Vanaf juli kun je dan je eerste tomaten oogsten.
Met stamtomaten kun je bij weinig ruimte toch heel veel tomaten oogsten. Bind ze gewoon aan een plantensteun en verwijder regelmatig de dieven (takken in de oksels tussen hoofdstam en zijtakken).
Peulvruchten
Met peulvruchten zit je altijd goed. Vers zijn deze groenten met een grote opbrengst natuurlijk heerlijk, maar hun oogst is meestal zo overvloedig dat je maar beter alvast genoeg ruimte in je diepvries kunt vrijmaken …
Bonen (Snij-, sperzie- en pronkbonen)
Bonen zijn niet alleen smakelijk, maar ook uitstekend te bewaren – bijvoorbeeld in de diepvries of geweckt. Dus als je bonen een beetje te enthousiast produceren (en dat doen ze!) kun je er nog heel lang van eten. Plant de bonen uit zodra er geen kans meer is op vorst, geef regelmatig water en begin te oogsten zodra de eerste peulen rijp zijn. Door steeds te plukken, blijft de plant nieuwe peulen aanmaken.
Erwten
Erwten zijn goed bestand tegen wat kou en kunt dus al vroeg beginnen met zaaien. Door om de paar weken wat nieuwe planten te zaaien, kun je de oogst flink spreiden. Je kunt de planten dicht bij elkaar zetten en over een klimrek leiden. Zo kun je op een klein oppervlak een grote oogst behalen. Trouwens, ook de jonge scheuten smaken heerlijk. En heb je geen zin om erwten te doppen, kies dan voor sugarsnaps, waarvan je de hele peul kunt eten.
Meer lezen: Complete plantengids: erwten
Bladgroenten met een grote opbrengst
Een heerlijk frisse salade in de zomer of een stevige stamppot in de winter: deze bladgewassen kosten niet veel ruimte en leveren veel oogst op.
Boerenkool en palmkool
Een van de gezondste groenten is boerenkool. Het fijne van deze bladgroente (naast dat hij makkelijk te kweken is) is dat hij wel houdt van koel weer. Dus juist in de periode dat veel andere gewassen ermee ophouden, kun je boerenkool oogsten. Zaai hem in mei voor en plant uit in juni. Geef voldoende water en mest. In de zomer kun je het blad ook als babyleaf eten, maar boerenkool wordt zoeter zodra de vorst eroverheen is geweest. Van slechts een stuk of vijf planten oogst je al snel twee tot vier kilo. Palmkool kweek je vrijwel op dezelfde manier als boerenkool.
Pluksla
Bladgroen groeit ontzettend makkelijk en snel, en dat maakt sla een topkeuze in de moestuin. Als je kiest voor pluksla in plaats van kropsla kun je steeds oogsten wat je nodig hebt. Na het afknippen van wat blad groeit er weer nieuw blad aan. Als je elke twee weken een nieuwe portie zaait, heb je de hele zomer en herfst vers blad om te oogsten. Sla houdt trouwens niet van hitte en de brandende zon, dus het is een goed gewas om schaduwrijke plekjes in je (moes)tuin mee op te vullen.
Fruit met een grote opbrengst
Tot nu toe hebben we alleen groentegewassen de revue laten passeren, maar vergeet ook het fruit niet!
Appels en peren
Inheemse fruitbomen zoals appels en peren zijn een fantastische keuze voor elke tuin. Ze kosten weinig verzorging (af en toe de appelboom snoeien) en leveren elk jaar weer veel lekkers. Appels en peren kun je bovendien vaak goed bewaren, zodat je ook in de winter je tanden kunt zetten in vers fruit. Maar verwerken tot appeltaarten of stoofperen kan uiteraard ook.
Doordragende aardbeien
Juni is van oudsher de echte aardbeienmaand, maar met doordragende aardbeien oogst je de hele zomer de heerlijke vruchten. De planten zijn volledig winterhard, dus het enige wat je in het voorjaar hoeft te doen, is lelijk, oud blad wegknippen. Ze geven de beste oogst in hun tweede jaar. Na drie jaar kun je de planten het beste vervangen. Gelukkig maken aardbeien uitlopers aan waarvan je eenvoudig nieuwe planten kunt maken (via afleggen). Bescherm de vruchten wel tegen vogels en slakken, want die vinden aardbeien net zo lekker als wij.