Top-10 inheemse bomen voor kleine én grote tuinen
Bewaar bericht
Wil je dit artikel bewaren? Log in of maak een account aan om het op te slaan bij je favorieten.
Log in
Lees verder onder de advertentie
Inheemse bomen bruisen van het leven en zijn een ecosysteem op zichzelf! Je ziet er vogels, rupsen, mossen paddenstoelen en nog veel meer. Natuurgids en tuinjournalist Govert de Jong deelt 10 prachtige inheemse bomen uit Nederland en België, voor grote én kleine tuinen.
Lees verder onder de advertentie

In elke tuin past een boom, vertelt Govert: “Ook in de kleine tuin kun je goed een boom kwijt en vaak lijkt je tuin daardoor zelfs groter. Heb je de ruimte? Kies dan liever meerdere soorten in plaats van meerdere exemplaren van één soort.” Bekijk hieronder de 10 favoriete inheemse bomen van Govert.
Kleine bomen en struiken liggen soms nauw bij elkaar in de buurt, vertelt Govert: “Bij de kleine bomen smokkel ik een beetje door ook wat boomachtige struiken in dit lijstje te zetten. Deze soorten zijn goed toe te passen in kleine tuinen.”

Govert: “Onze appelbomen zijn gecultiveerd uit deze wilde vorm, die je (nog) zeer zelden vindt in onze natuur. De appels zijn wrang, maar toch genieten dieren volop van de bloesem in het voorjaar en de vruchten in de nazomer. Het beste groeien ze op vochthoudende zand- of leemachtige grond.”
Maximale hoogte: 10 meter
Bloeitijd: april – mei

Govert: “De jeneverbes wordt toegepast in allerlei gerechten en alcoholische dranken en is hier al ongeveer 11.000 jaar aanwezig. Deze groenblijvende struik of boom staat graag op voedselarme, zandachtige grond. Ideaal dus als je een arme tuingrond hebt.”
Maximale hoogte: 10 meter
Bloeitijd: april – mei

Govert: “De naam komt niet uit het niets: tuinvogels zoals zanglijsters en merels zijn dol op de bessen van deze kleine boom. In het voorjaar worden de witte bloemschermen druk bezocht door wilde bijen, hommels en vliegen. Groeit goed op gemiddelde tuingrond, maar minder op een klei- of kalkbodem.”
Maximale hoogte: 9 meter
Bloeitijd: mei – juni

Govert: “Ik heb hem al vaker genoemd, maar dit is écht een hele goede plant voor allerlei bestuivers zoals wilde bijensoorten. De kleine onopvallende bloemen zijn er van mei tot en met september, terwijl tegelijkertijd de bessen al vormen, waar vogels dan weer dol op zijn. Groeit slecht op klei, maar goed op een vochtige, iets zure, zandachtige bodem.”
Maximale hoogte: 3 meter
Bloeitijd: mei – september

Govert: “De hazelaar is een van mijn grootste favorieten, niet in de laatste plaats omdat ik elke winter de grote bonte specht de hazelnoten zie kraken. Naast de heerlijke noten, geeft hij fijne schaduw en volop schuilplekken voor tuindieren. Als je last van hooikoorts hebt, kun je deze beter wel vermijden. Groeit vrijwel overal.”
Maximale hoogte: 6 meter
Bloeitijd: januari – maart (katjes en miniscule rode bloemen)
“Deze grote inheemse bomen zijn stuk voor stuk prachtige bomen om te zien en goed voor het stimuleren van leven in de tuin”, vertelt Govert. “Gezien de grootte zijn deze soorten vooral geschikt voor grotere tuinen. Uiteraard kun je de bomen snoeien, als dat nodig is.”

Govert: “Wilgen zijn typische bomen in meestal natte landschappen. Er komen vele honderden soorten dieren op voor, dus top voor de biodiversiteit. Een redelijk kleinblijvende bomensoort is de boswilg (Salix caprea). Alle wilgen zijn snelle groeiers, dus snel ‘resultaat’.”

“Je komt ze op veel plekken tegen en ook zal deze boom zich redelijk makkelijk uitzaaien. Zo kun je gemakkelijk meerdere bomen opkweken, en ook zijn wilgen zeer geschikt voor winterstekken.”
Maximale hoogte: 9 meter
Bloeitijd: maart – april
Tip!
Vol praktische tuintips, heel veel inspiratie en altijd duurzame oplossingen voor jouw tuin.

Govert: “De inheemse kersenboom is een goede voor bestuivers in het voorjaar, en aan het begin van de zomer genieten jij en de vogels volop van de (ietwat zure) vruchten. Gedijt goed op humusrijke, ‘gemiddelde’ tuingrond die niet te nat of te droog is.
Maximale hoogte: 20 meter
Bloeitijd: april – mei

Govert: “Dit is de enige inheemse esdoornsoort, maar zijn Nederlandse naam werkt hier niet echt in mee. Hij wordt ook wel de veldesdoorn genoemd. Deze boom is een trage groeier en kan daardoor goed in de tuin worden toegepast. Kenmerkend zijn de zaden in de vorm van ‘helikoptertjes’, die je als kind waarschijnlijk vaak op je neus plakte.”
Maximale hoogte: 18 meter
Bloeitijd: mei – juni

Govert: “Eiken worden ook wel de koningen van het woud genoemd en zijn erg algemeen, maar daardoor niet minder mooi, iconisch en belangrijk. Ook op deze boomsoort komen vele honderden, zo niet duizenden, soorten dieren voor. Groeit graag op een niet te natte, enigszins voedselrijke bodem, maar minder goed op zure grond.” Eiken kunnen erg groot woorden, dus zorg dat je genoeg ruimte hebt om deze boom aan te planten. Veel paddenstoelen leven in symbiose met eiken.
Maximale hoogte: 30 meter
Bloeitijd: april – mei

Govert: “Net als zomereiken kunnen iepen, zoals de gladde iep, grote bomen worden en ook heel oud, tot wel 500 jaar! Ze zijn prima te snoeien. Het is een goede boom voor de biodiversiteit en een snelle groeier in zijn jonge jaren, tot zo’n 40 jaar. Je kunt er prachtige gallen (vergroeiingen door insecten) op vinden, zoals de iepenvlamluis.”
Maximale hoogte: 30 meter
Bloeitijd: maart – april

Wat inheemse bomen zijn, is nog weleens discussie over, maar ze zijn doorgaans op eigen beweging hier terecht gekomen. Govert legt uit: “Na de laatste ijstijd (+- 12.700 jaar) verschenen bij ons steeds meer bomen en struiken, zoals de berk, wilg, lindeboom, eik en den. Van deze inheemse bomen is in Nederland nog maar drie procent autochtoon. Dat wil zeggen dat ze genen bevatten die terug te leiden zijn naar de ‘eerste’ bomen die zelfstandig naar Nederland gekomen zijn.”
“De rest van de bomen is door de eeuwen heen aangeplant, gekruist, veredeld, verwilderd of ingevoerd en zijn er ook steeds meer invasieve exoten, zoals de Hemelboom (Ailanthus altissima) en Amerikaanse vogelkers (Prunus serotina)”, vertelt Govert. “Gelukkig worden steeds meer autochtone, inheemse bomen gekweekt door duurzame kwekers, om zo de genenpoel te versterken en de bomenpopulatie zoveel mogelijk aan te laten sluiten bij onze eigen en lokale natuur.”
Wil je niet alleen zelf genieten van je tuin, maar ook van de dieren en planten die erin voorkomen? Redacteur Govert de Jong schrijft maandelijks in Gardeners’ World magazine over natuurlijk tuinieren. Over uiteenlopende onderwerpen lees je verdiepende informatie én krijg je praktische tips voor de tuin. In het novembernummer lees je meer over de inheemse bomen.