Zo diep moet je lentebollen planten om zeker bloemen te krijgen
Bewaar bericht
Wil je dit artikel bewaren? Log in of maak een account aan om het op te slaan bij je favorieten.
Log in
Lees verder onder de advertentie
Bloembollen planten, hoe diep moet dat? Plant je ze te diep of juist niet diep genoeg, dan krijg je uiteindelijk vooral veel blad maar geen bloemen. Of ze komen zelfs helemaal niet op! Met behulp van deze gids weet je hoe diep je je lentebollen moet planten.
Lees verder onder de advertentie
Van september tot en met november (en soms zelfs tot de kerstdagen) kun je voorjaarsbollen planten, zoals narcissen, sneeuwklokjes en irissen. Doe dat in ieder geval voor de eerste nachtvorst. Alleen tulpen moet je proberen pas in november of zelfs december te planten. Koude grond geeft de ziekte tulpenvuur namelijk minder kans om toe te slaan.
Tip!
Vol praktische tuintips, heel veel inspiratie en altijd duurzame oplossingen voor jouw tuin.
Hoe diep moet je bloembollen planten om zeker bloemen te krijgen? De algemene regel is: plant bloembollen drie keer dieper dan dat ze hoog zijn. Met andere woorden: je graaft een gat dat zo diep is als drie keer de hoogte van de bol. Maar zoals altijd zijn er uitzonderingen op de regel. Onthoud ook dat de meest bloembollen houden van goed afwaterende grond. Heb je zware grond, zoals klei, plant dan bollen die daarvan houden, zoals kievitsbloemen, of verbeter de drainage met zand en compost.
Zo diep plant je verschillende soorten populaire bloembollen:

Diepte: 10 cm of twee keer hun diepte.
Grond: Goed afwaterend, neutraal tot licht zuur.
Standplaats: Zet Iris reticulata in de volle zon.
Wanneer irissen planten: September en oktober.

Diepte: 20 cm of drie keer hun diepte
Grond: Goed afwaterend, neutraal tot licht basisch.
Standplaats: Tulpen staan graag in de volle zon, liefst op een beschutte plek.
Wanneer tulpenbollen planten: November, uiterlijk december.

Diepte: 30 cm of drie keer hun diepte.
Grond: Vruchtbare, goed afwaterende grond die is verrijkt met mest of bladaarde.
Standplaats: Zet keizerskroon op een plek op het oosten of westen in de volle zon.
Wanneer keizerskroon planten: September t/m november.

Diepte: 10 cm of vijf keer hun diepte.
Grond: Vochtig, goed afwaterend en humusrijk.
Standplaats: Kievitsbloem houdt van volle zon tot halfschaduw, liefst op een koele plek.
Wanneer kievitsbloem planten: September en oktober, of april tijdens de bloei.

Diepte: 30 cm of drie keer hun diepte.
Grond: Goed afwaterend.
Standplaats: Plant grote alliums in de volle zon op een beschutte plek.
Wanneer alliums planten: September en oktober.

Diepte: 15 cm of drie keer hun diepte.
Grond: goed afwaterend, vruchtbare grond.
Standplaats: Kogellook houdt van een plek in de volle zon.
Wanneer kogellook planten: September en oktober.
Meer lezen:

Diepte: 10 cm of drie keer hun diepte.
Grond: Goed afwaterend, zanderig, arme tot vruchtbare grond.
Standplaats: Plant krokussen in de volle zon.
Wanneer krokussen planten: Lentebloeiende krokussen van september t/m november; herfstbloeiende krokussen in juli en augustus.

Diepte: 10 cm of drie keer hun diepte.
Grond: Vochtig, goed afwaterend, humusrijk.
Standplaats: Sneeuwklokjes houden van gevlekte schaduw (onder bomen).
Wanneer sneeuwklokjes planten: September t/m november of net na de bloei in de lente. Dan kun je ze delen.
Meer lezen: Sneeuwklokjes planten: zo pak je dat aan

Diepte: 10 cm of twee keer hun diepte.
Grond: Vochtig, goed afwaterend.
Standplaats: Zet hyacinten in de volle zon.
Wanneer hyacinten planten: September en oktober.
Meer lezen: Zo plant je hyacinten zowel buiten als binnen

Diepte: 15 cm of drie keer hun diepte.
Grond: vochtig, goed afwaterend.
Standplaats: Narcissen staan liefst in de zon of lichte schaduw.
Wanneer narcissen planten: September t/m november.