Vaste planten aanplanten is van onschatbare waarde voor je tuin! Niet alleen komen ze in alle soorten en maten, maar ze gaan ook jarenlang mee. De meeste vaste planten sterven in de winter bovengronds af, maar in het voorjaar komen ze gewoon terug. Als je je aan de volgende spelregels houdt bij het aanplanten, krijg je er sterke planten voor terug die nooit teleurstellen.
Lees verder na de advertentie
Wanneer vaste planten planten?
De beste momenten voor aanplanten zijn het voorjaar en het najaar. Maar winterharde vaste planten die je koopt in potten kun je in principe op elk moment van het jaar uitplanten, behalve bij vorst of langdurige droogte (tenzij je graag met gieters sjouwt). Tuinier je op zware klei, wacht dan tot de grond in het voorjaar niet meer doorweekt is om te voorkomen dat de planten verdrinken.
Grond voorbereiden
Verrijk de bodem met een royale hoeveelheid organisch materiaal (compost of mest) voordat je er planten inzet, voeg als extraatje een flinke laag bloed-, vis- en beendermeel toe en verwijder alle onkruidwortels.
Niet te diep planten
Graaf een gat dat net groot genoeg is voor de wortels van elke plant en druk de aarde aan. Zorg ervoor dat de wortelhals van de plant (waar wortels en uitlopers bij elkaar komen) op gelijke hoogte staat met het oppervlak van de grond. Plant niet te diep.
Aarde aandrukken
Druk de aarde rond de pas aangeplante planten aan als het ’s nachts gevroren heeft en geef ze in hun eerste zomer voldoende water.
Vaste planten mulchen
Geef ruim water en breng dan boven op de aarde een 5 cm dikke mulchlaag van houtsnippers, compost of mest aan, zonder de planten zelf te bedelven. Zo wordt vocht vastgehouden en eenjarig onkruid onderdrukt.
Hoge planten steunen
Steun hogere planten met rijshout of metalen plantensteunen voordat ze het nodig hebben. Niets is lelijker dan een vastgebonden plant die te laat in het seizoen een plantensteun heeft gekregen.
Vaste planten snoeien
Snoei in het late najaar planten die tot hun wortels afsterven terug tot op de grond. Sommige planten, zoals veel siergrassen, kun je beter pas begin voorjaar terugknippen wanneer de nieuwe groei verschijnt. Zo bescherm je de kroon van de plant en kunnen insecten er ’s winters schuilen. Geef de verwelkte stengels wat bemeste tuinaarde.