
Het is eigenlijk een raar uitgangspunt: je haalt een stuk van een plant af en verwacht dan zomaar dat dat stuk gaat groeien. Maar scheuten stekken van vaste planten is een eeuwenoude, beproefde methode om planten te vermeerderen. Het werkt echt heel eenvoudig!
Lees verder onder de advertentie
Wanneer kun je scheuten stekken?
Het voorjaar, tot aan het begin van de zomer, is een prima moment voor het maken van zogeheten scheutstekken of zomerstekken. De pas aangegroeide takjes zijn dan nog zacht en buigzaam. De stekken die je hiervan neemt, krijgen vaak heel snel wortels. Neem de stek altijd wanneer de scheuten vol zitten met sap – gewoonlijk ‘s morgens vroeg – en doe de stek meteen in een plastic zak zodat hij niet uitdroogt of slap wordt.
Meer lezen over planten stekken
Tip!

Over snoeien, je pluktuin, de 100 beste planten en meer! Vol praktische tips en stap-voor-stap uitleg voor jouw tuin.
Geschikte planten voor het stekken van scheuten

Over het algemeen lukt het scheutstekken het beste bij groenblijvende vaste planten en bij kruidachtige planten die in de zomer mooi bloeien.
- Zich vertakkende groenblijvende vaste planten die voortdurend door blijven groeien, zoals schildpadbloemen (Penstemon) en vaste muurbloemen (Erysimum) zijn het gemakkelijkst en schieten erg goed wortel.
- Zijn je saliestruiken (Salvia officinalis) de winter goed doorgekomen en geef je ze goed water en voedsel, dan krijgen ze binnen enkele weken nieuwe scheuten die ideaal zijn om te stekken.
- Laatbloeiende salieplanten zoals Salvia guaranitica en de populaire Salvia ‘Amistad’ kun je in de vroege lente goed stekken. Zet ze meteen in een pot en je krijgt de volgende zomer planten die prima bloeien.
- Ook van allerlei dwergstruiken kun je stekjes nemen, bijvoorbeeld van houtige kruidenplanten zoals lavendel, tijm en rozemarijn. Je stekt dan van de buigzame nieuwe aangroei, niet van de oude, houtige takken van vorig jaar.
- Alle planten uit de composietenfamilie die ‘s winters hun kroon behouden, zoals de struikmargriet (Argyranthemum), kun je ook op deze manier stekken.
- Scheutstekken werkt goed bij struiken die in de lente hard aangroeien, zoals fuchsia’s en hortensia’s (Hydrangea).
- Nog meer planten die je met scheutstekken kunt vermeerderen: Geranium, chrysant, citroenverbena, anjer (Dianthus).
Scheuten stekken: dit heb je nodig
Voor het maken van scheutstekken heb je geen bijzonder materiaal nodig:
- een pot, bij voorkeur terracotta,
- losse potgrond met veel scherp zand erin
- een scherp mes
- een plantboor of stokje
Stap voor stap scheuten stekken
In dit voorbeeld stekken we de jonge scheuten van een struikmargriet (Argyranthemum). Zo werkt het:
Stap 1: kies goed stekmateriaal

Kies een paar stevige jonge scheuten van de moederplant. Scheur de zijtakjes er voorzichtig af zonder de stengel te beschadigen, of snijd ze eraf onder een bladoksel.
Stap 2: haal overtollig blad weg

Haal voorzichtig de bladeren onder aan de stek weg met vinger en duim of met een scherp mes. Het stuk van de stek dat onder de grond gaat moet helemaal kaal zijn.
Stap 3: snijd de stengel bij

Als je een zijscheut hebt gekozen, moet je de onderkant ervan netjes maken met een mes. Als je een hoofdstengel hebt gekozen, moet je hem opnieuw afsnijden direct onder een bladoksel.
Stap 4: zet de stekken in een pot

Stop de stekken meteen in de grond, langs de buitenrand van de pot en met de onderste bladeren net iets boven de grond. Duw de grond vervolgens zachtjes aan.