Stap voor stap: maak zelf smeerwortelgier

Smeerwortel is een ontzettend waardevolle plant voor je tuin! Het is rijk aan voedingsstoffen (vooral kalium), die de plant via zijn wortels uit de grond haalt. Daardoor kun je er goede smeerwortelgier (ook wel smeerwortelmest) van maken.

Het blad van de smeerwortel kun je inzetten als potgrondverbeteraar en als tuinbemester. Gebruik het bijvoorbeeld als mulch rondom je planten. In de vloeibare mestvorm kun je smeerwortel bij alle tuinplanten aanbrengen.

Smeerwortel is krachtig en groeit binnen een seizoen meerdere malen door nadat je hem tot aan de basis hebt afgesneden. Laat de plant echter niet de vrije loop, want hij kan sterk uitbreiden. Er bestaat gelukkig een Russische steriele cultivar, ‘Bocking 14’, die geen zaad zet en zich alleen via de wortels vermeerdert.

Iedere week dit soort tips in je mailbox? Meld je dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief!

Het is heel gemakkelijk om zelf smeerwortelgier te maken.

Snijd grote hoeveelheden bladeren van de plant af en wees niet bang om hem tot op de grond terug te zetten. Draag altijd handschoenen wanneer je smeerwortel oogst, want de harige bladeren kunnen huidirritatie veroorzaken.

Leg de bladeren in een emmer (eventueel in een panty als zak) en houd de plantresten onder water met bakstenen. Doe er een deksel op, want het rottingsproces stinkt. Het proces duurt tussen de 3 en 6 weken, wanneer de bladeren bijna zijn opgelost is de smeerwortelgier klaar.

Zeef de vloeistof en verdun het met water in een verhouding van circa 1:20. Hoe minder water je gebruikt voor het rottingsproces, hoe meer water je nodig hebt bij het verdunnen. De resten die je uit de smeerwortelgier hebt gezeefd, kun je op de composthoop doen.

Wil je je smeerwortelgier liever niet verdunnen bij het gebruik? Laat dan drie kilo blad in 45 liter water trekken. Na vier weken kun je het onverdund gebruiken. Hiervoor heb je wel ruimte nodig.

Toch liever een concentraat maken? Dan kun je de afgeknipte bladeren in een bak doen met een gat onderin. Daaronder zet je dan een opvangbak. Na twee tot drie weken druipt er een donkere, sterk ruikende (stinkende) vloeistof de opvangbak in. Dit kun je verdund gebruiken met tien tot twintig delen water. Voor tomaten en komkommers verdun je het concentraat in een verhouding van 1:15. Je kunt het concentraat het hele groeiseizoen bewaren. Alles wat je aan het einde van het seizoen over hebt, kan op de composthoop.