Oleander snoeien: wanneer en hoe je dat?

Wordt je oleander (Nerium oleander) buiten inmiddels zo groot dat je je afvraagt hoe je hem voor de winter weer naar binnen krijgt? Goed nieuws! Je oleander snoeien is een uitstekende manier om zijn omvang in te tomen. Wij vertellen je wanneer en hoe je dat stap voor stap aanpakt.

In principe hoef je oleander niet te snoeien, maar als hij te groot wordt, kan het wel handig zijn. Door eind winter of begin voorjaar te snoeien, hou je de plant een beetje in toom.

Het is belangrijk dat je oleander snoeit op het juiste moment. De beste periode is eind winter of begin voorjaar (dus snoeien in februari of maart), net voor de nieuwe groei begint. Zo heeft de oleander na het snoeien genoeg energie om snel te herstellen. Zodra het weer opwarmt, zal hij snel en sterk uitlopen.

Als je het snoeimoment in het voorjaar mist, kun je ook in het najaar snoeien, maar doe dit alleen als het écht nodig is – bijvoorbeeld om je oleander wat kleiner te maken voor het overwinteren. Na het snoeien in de herfst kan de struik namelijk nog uitlopen met een zachte aanwas die kwetsbaar is voor vorst.

Voordat je begint met snoeien, heb je het juiste gereedschap nodig. Een schone, scherpe snoeischaar is je beste vriend voor veel snoeiwerkzaamheden, maar voor dikkere takken heb je misschien een takkenschaar of takkenzaag nodig. En vergeet de veiligheid niet! Het sap van oleander kan de huid en ogen irriteren, dus het gebruik van handschoenen en een veiligheidsbril wordt aangeraden. Bovendien is oleander een extreem giftige plant, dus was na het snoeien goed je handen en houd nieuwsgierige huisdieren (en kleine kinderen) op afstand.

Zodra je al je voorbereidingen hebt getroffen, ga je als volgt te werk:

Begin met het verwijderen van dode of beschadigde takken. Dit is belangrijk voor de gezondheid van de plant. (Tip: wanneer je beschadigingen tegenkomt hoef je niet te wachten tot het juiste snoeimoment om dit te doen: het kan ook tijdens het groeiseizoen.)

Dun vervolgens scheuten uit die erg dicht op elkaar zitten. Zo verbeter je de luchtcirculatie en voorkom je dat de plant dichtgroeit.

Knip takken die hebben gebloeid tot de helft terug. Dit stimuleert nieuwe aanwas en toekomstige bloei.

Vergeet ook de scheuten die niet hebben gebloeid niet! Knip deze een paar centimeter terug om een meer bossige groei – en meer bloemen – te krijgen.

Als het vooral belangrijk is om de grootte in te perken, snoei dan gerust wat grover, vooral als je van plan bent om de plant ’s winters naar binnen te verplaatsen.

Voor het snoeien van een oleander op stam ga je hetzelfde te werk als voor het snoeien van een oleander in een pot, alleen moet je meer rekening houden met de vorm. Snoei terug tot op een oog dat naar buiten wijst, zodat nieuwe takken niet naar binnen groeien.

Heeft je oleander vorstschade opgelopen, bijvoorbeeld omdat je hem niet naar binnen hebt kunnen verplaatsen, controleer dan eerst of er nog leven in de struik zit. Schraap een stukje van de bast van een tak. Is het hieronder groen, dan is je oleander niet dood. Knip dan alle beschadigde delen terug tot op een gezond oog. Je oleander zal dan weer uitlopen zodra het warmer wordt.

Om je oleander tijdens de bloei mooi te houden, kun je de verwelkte het bloemen het beste koppen. Knip ze gewoon weg met een schaartje zodra ze uitgebloeid zijn. Op die manier zal de struik al zijn energie steken in het maken van nieuwe bloemen en geniet je langer van je bloeiende oleander.

Geef je je oleander na het snoeien wat extra verzorging. Geef hem water en houd hem de weken na het snoeien in de gaten. Heb je de plant gesnoeid voor de winter, geef hem dan na het snoeien een lichte, koele plek om de koudere maanden door te brengen. Met de juiste verzorging zal je gesnoeide oleander je belonen met een gezonde groei en prachtige bloemen in het komende seizoen.

Zelfs ervaren tuiniers kunnen snoeifouten maken. Een veelgemaakte fout bij het snoeien van oleander is te sterk knippen, want dat is voor deze struiken niet nodig. Onthoud dat het de bedoeling is om de omvang te beperken en hem gezond te houden, niet om de hele plant drastisch te hervormen. Een andere fout is het gebruik van vuil of bot gereedschap. Dat kan leiden tot rafelige snoeiwonden, waardoor ziekten makkelijker binnen kunnen dringen.