Hibiscus snoeien: wanneer en hoe pak je dat aan?

Een hibiscus snoeien lijkt misschien lastig, maar eigenlijk is het een fluitje van een cent. De plant is namelijk erg vergevingsgezind. Maar let op: er zijn twee typen hibiscus. In deze snoeigids leggen we uit wanneer je welke hibiscus snoeit en hoe je dat doet. Zo geniet je straks weer van prachtige bloemen!

Er zijn grofweg twee soorten hibiscus: de tropische kamerplant (Chinese roos of Hibiscus rosa-sinensis) en de winterharde hibiscus die je in de tuin ziet (Hibiscus syriacus). Deze verschillende soorten snoei je volgens dezelfde principes maar net op een ander moment.

De hibiscus in je tuin (Hibiscus syriacus) snoei je het beste na de bloei in september of oktober. Je kunt deze soort in principe ook snoeien in het voorjaar, maar pas op: door vorst kunnen snoeiwonden bevriezen en herstelt de struik mogelijk minder snel.

De tropische hibiscus (Hibiscus sinensis) kun je het beste in het vroege voorjaar snoeien, wanneer hij weer begint te ontwaken na de winterrust. Pas altijd op met vorst bij het snoeien en kies het liefst een periode van een paar vorstvrije dagen.

Voor het snoeien van beide soorten hibiscus geldt ongeveer hetzelfde principe. Zo pak je het aan:

Het snoeien van een jonge tropische hibiscus werkt net weer even anders dan als je al een grotere plant hebt:

Jonge planten snoeien:

Knip de toppen van stengels terug tot boven een knoop. Vanaf dat punt zal de plant zich vertakken. Dit zogenoemde toppen zorgt voor meer vertakkingen en daarmee meer stengels, bladeren en bloemen.

Grote planten snoeien:

Knip de groei van het afgelopen jaar terug om een hoofdgestel van takken te creëren. Daaruit ontstaan later dit jaar verse scheuten met bloemen.

Lange stengels kun je terugknippen tot 5 à 7 cm vanaf hun basis.

Wacht met grondig snoeien tot je heester een paar jaar oud is en zo’n anderhalve meter hoog. Knip elk jaar takken die zijn uitgebloeid terug tot boven een knoop. Volg dit stappenplan:

Bekijk de struik goed voor je begint met snoeien. Richt je eerst op de takken die beschadigd zijn, elkaar kruisen, erg dicht op elkaar groeien of dood zijn. Knip of zaag die uit je hibiscus.

Snoei zwakke vertakkingen terug tot hun hoofdtak of tot een sterke knop. Zorg voor een open structuur, waarbij de struik niet van binnen dichtgroeit en de takken ver genoeg van elkaar staan om de zomerbloemen alle ruimte te geven.

Bekijk de tuinhibiscus nog eens goed. Is de vorm nog in balans? Zijn alle zwakke en pierige takken teruggeknipt? Snoei waar nodig nog wat bij en ruim dan je snoeiafval op.

Tip: Bloeiende takken van een hibiscus kun je gerust afknippen en in een vaas zetten. Zo geniet je ook binnen of op je terras van de prachtbloemen.

Als je een hibiscus niet snoeit, zal hij steeds hoger groeien, maar zonder zich mooi te vertakken. Zo krijg je een iele struik met weinig bloemen. Ook is het belangrijk om dode, zieke en beschadigde takken weg te halen om de heester mooi en gezond te houden.

De heester reageert goed op verjongingssnoei en je kunt een verwaarloosde hibiscus dus hard terugsnoeien. Gebruik een zaag en snoei de hoofdtakken van de hibiscus tot maximaal een halve meter boven de grond terug. Snoei altijd boven een oog. Dat wordt het nieuwe groeipunt vanwaaruit verse takken zullen groeien.

De hibiscus zal zich steeds vertakken vanuit een knoop (te herkennen aan de verdikking op de stam of een tak). Door slim te snoeien, kun je zelf een hibiscus op stam creëren en zelf de hoogte van de stam beïnvloeden. Heeft je hibiscus al een stam? Snoei dan steeds terug tot op een hoofdtak of een knop om de vorm mooi te houden.

Een hibiscus is eigenlijk geen boom, maar een heester. Je kunt hem wel op stam kopen (of snoeien), zodat hij op een boom lijkt. Het principe van een hibiscus struik snoeien is in ieder geval hetzelfde als voor eentje op stam.