Wilgen knotten gebeurt niet alleen langs lange lanen op het platteland. Ook in je tuin kun je deze techniek inzetten. Maar wanneer en hoe knot je wilgen? En met welke bomen kan het nog meer?
Lees verder na de advertentie
Wat is knotten?
Knotten is een snoeitechniek waarbij bomen of struiken worden teruggesnoeid tot aan de hoofdstam. Zo ontstaat er een kruin van takken en blijft de stam laag. In de tuin is een stamhoogte van 1,5 tot 3 meter gebruikelijk.
Waarom wilgen knotten?
Knotten gebeurt om verschillende redenen:
- Het beperkt de groei van een boom in een kleine tuin.
- Je kunt hiermee formele vormen creëren.
- Knotten bevordert de aanmaak van stengels met kleurrijk blad en decoratieve schors, aangezien de jonge groei sterker van kleur is.
- Diverse bomen produceren hierdoor bladeren die groter zijn dan gebruikelijk.
Het knotten van wilgen en andere bomen gebeurt al eeuwen. Oorspronkelijk werd het vooral gedaan om de buigzame jonge takken te ‘oogsten’, onder andere om manden van te vlechten. De positieve bijwerkingen van knotten zijn onder meer dan bomen langer meegaan en dat de scheuren en ruimten die na jaren van knotten ontstaan een plek bieden aan allerlei vogels, insecten, zwammen en andere natuur. Het is dus goed voor de biodiversiteit!
Wekelijks tuintips in je mail
Iedere week dit soort tips in je mailbox? Meld je dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief!
Wanneer wilgen knotten
Het knotten van wilgen moet gebeuren wanneer de bomen in rust zijn – in de late winter of zeer vroege lente, maar voordat ze weer beginnen te groeien. Gebruik het knotten echter niet om de groei van oudere bomen te remmen! Alleen bomen die van jongs af aan zijn geknot, kun je blijven knotten. Doe dat om de drie à vier jaar.
Zo werkt het knotten van wilgen
Begin met het planten van een jonge boom met een enkele stam. Zodra de stam de gewenste hoogte heeft bereikt, snoei je de takken terug. Dunne takken kun je makkelijk afknippen met een snoeischaar of takkenschaar tot op 1 à 2 cm van de stam. Voor dikke takken gebruik je een zaag. Die snoei je terug tot ongeveer 20 cm van de stam, om te voorkomen dat de stam scheurt.
Deze rigoureuze snoei stimuleert de groei van veel dunne, nieuwe scheuten uit elke stronk. Gebruik de buigzame, gesnoeide takken om mee te vlechten – je kunt het bijvoorbeeld gebruiken om manden, omheiningen of zelfs verhoogde bedden van te maken.
Je kunt zo ook deze bomen knotten
Je kunt niet alleen wilgen knotten. Ook andere bomen en struiken kunnen er baat bij hebben. Denk aan:
Bomen knotten voor decoratief blad
Er zijn bomen met decoratief blad die veel grotere bladeren of intensere kleuren produceren wanneer je ze knot. Dat zijn onder andere Catalpa x erubescens ‘Purpurea’, Eucalyptus-soorten, vooral Eucalyptus gunnii, de Anna Paulowna-boom (Paulownia tomentosa) en de tulpenboom (Liriodendron tulipifera).
Bomen knotten voor gekleurde takken
Struiken en bomen die baat hebben bij het knotten om gekleurde takken te produceren, zijn onder andere veel wilgen (Salix), waaronder de schietwilgen Salix alba ‘Britzensis’ en Salix alba ‘Vitellina’, en de linde Tilia cordata ‘Winter Orange’.
Bomen knotten voor een formeel uiterlijk
Bomen die een formele uitstraling hebben wanneer je ze knot, of die je knot om de groei te beperken waar de ruimte beperkt is, zijn onder andere gewone platanen (Platanus x hispanica) en lindebomen (Tilia).