Rozen stekken, wanneer en hoe doe je dat?

Heb je al een mooie rozensoort in je tuin staan en wil je daar meer van? Dan is rozen stekken een goede optie. En bonus: rozen stekken is ook nog eens makkelijk! Met deze 4 stappen kun je meteen aan de slag.

Rozen stekken kun je doen op verschillende momenten. Neem bijvoorbeeld flexibele, zachthouten rozenstekken in het late voorjaar of het begin van de zomer, wanneer planten nieuwe groei aanmaken. Deze soorten wortelen snel en gemakkelijk. Maak halfhardhouten rozenstekken is de late zomer of vroege herfst, dan begin met stevigere, nieuwe stengels. Hardhouten stekken maak je in de winter van volwassen stammen. Deze stekken wortelen het moeilijkst en langzaamst. Verderop in dit artikel vind je een paar handige tips voor het stekken van rozen in de late zomer tot vroege herfst.

Tip! Rozen op stam bestaan vaak uit twee soorten rozen: de bloemen die je ziet en de stam waarop ze geënt zijn. Neem dus stekken van het bovenste gedeelte van je plant, niet van de stengels die uit de grond groeien (tenzij je een verrassing wil natuurlijk!).

Hoewel het stekken van een rozenstruik en een klimroos (of rambler) vergelijkbaar is, zijn er een paar dingen die goed zijn om te weten. Voor rozenstruiken kun je de verschillende manieren van stekken die hierboven zijn genoemd toepassen (zomerstek, halfrijp en winterstek). Bij klimrozen en ramblers zijn halfrijpe stekken de beste manier om het aan te pakken. Daarbij ga je nét anders om met stengels van een rambler of een klimroos dan met die van een struikroos. Daarom hebben we een speciaal stappenplan voor het stekken van een klimroos en ramblerroos toegevoegd.

Bij rozen stekken is een scherpe, schone snoeischaar je beste vriend. Toch komen er ook andere benodigdheden aan te pas:

Rozen stekken hoeft niet moeilijk te zijn! Met deze vier stappen, maak jij van één plant zo meerdere planten.

Bepaal welke roos je wilt stekken. Dit kan elke soort roos zijn. Kies vervolgens lange, sterke, gezonde stengels uit. Let op: het gaat hier om groei van dit seizoen, niet om ouder hout.

Maak stekken van zo’n 25 cm lang. Snijd ze zo af dat je bovenaan een (blad)knop hebt en onderaan ook. Vanuit deze knoppen vindt dan nieuwe groei plaats. Laat één stengel met blad aan de bovenkant zitten en verwijder alle onderste bladeren.

Eventueel kun je mycorrhiza-schimmel gebruiken om je stek op weg te helpen of je kunt de onderkant van je stek dopen in stekpoeder, maar dit is allebei niet noodzakelijk. Steek je stekken in een grote pot met zanderige potgrond of in een smalle geul met grit.

Geef je rozenstekken vervolgens goed water. Zet de potten dan op een schaduwrijke plek en laat ze daar staan tot je stekken wortel hebben geschoten. Houd de grond vochtig.

Verpot rozenplanten wanneer ze goed geworteld zijn. Dat is waarschijnlijk volgend jaar zomer. Als je de stekken in een greppel kweekt, haal ze er dan voorzichtig uit, zodat je de wortels niet beschadigt, en plant ze uit op hun definitieve plek.

Tip! Ververs je grond als je rozen op een plek plant waar eerder ook rozen hebben gestaan. Zo verklein je de kans op rozenziektes vanuit de bodem. Schep eenvoudig grond uit een ander gedeelte van je tuin en breng de oude rozengrond daar naartoe.

Het stekken van klimrozen en ramblerrozen is vergelijkbaar met het stekken van struikrozen, maar er zijn een paar dingen die nét even anders zijn. Zo is het belangrijk dat je halfrijpe stekken neemt eind zomer of in het najaar, zodat je stekken de grootste overlevingskans hebben. Zo ga je te werk:

Knip of snijd een stuk van een stevige maar buigzame stengel van je klim- of ramblerroos af. Klimrozen hebben doorgaans kortere zijscheuten, ramblerrozen hebben langere scheuten. Kies bij beide planten voor buigzame, kortere stengels en niet voor lange, woekerende stengels (die houden mogelijk niet genoeg vocht vast om goed aan te slaan).

Snijd of knip de stengel in stukken van ongeveer 15 cm. Knip direct onder een bladknoop voor de onderkant van je stek, en werk netjes af net boven een bladknoop aan de bovenkant. Gebruik altijd een scherp mes of snoeischaar om schone sneden te maken.

Verwijder de onderste bladeren van je stekken, zodat elke stek een stukje kale stengel aan de onderkant heeft. Als je materiaal van de top van een scheut gebruikt, knijp dan het topje (met veel blad) eruit. Als het een stek met een hieltje is, werk het uiteinde dan netjes bij met een scherp mes.

Vul een pot met potgrond op basis van leem, gemengd met zand of perliet. Steek de stekken langs de rand van de pot tot aan het eerste blad in de grond.

Geef je stekken goed water. Het kan zes tot acht weken duren voordat de stekken wortels krijgen.

Voor de liefhebber die in de late zomer nog rozen wil vermeerderen, hebben we nog wat specifieke tips:

Veel soorten planten kun je prima stekken op water. Hoewel rozenstekken wellicht wortels kunnen aanmaken in water, zijn dit uiteindelijk niet de ideale omstandigheden voor je nieuwe plant en betekent het dat je roos straks moet wennen aan de overgang naar potgrond, terwijl je rozenstekken ook direct in de potgrond kan laten wortelen.

Met stekken zijn er vele methoden, maar of ze allemaal een goed idee zijn voor die ene plant, dat is de vraag. Zo ook met het stekken van rozen in aardappel of banaan. Zelf hebben we deze methodes niet uitgeprobeerd en hoewel er wat te zeggen is voor de voedingsstoffen in banaan of in aardappel waar een volwassen roos wel iets aan kan hebben, is het de vraag of je jonge rozenstekken moet blootstellen aan een donkere, vochtige omgeving die gaat rotten. Je kan de methodes altijd uitproberen en vergelijken hoe je stekken in potgrond en in aardappel of banaan het doen.