Kerstplanten cadeau gekregen? Zo gaan ze (veel) langer mee

Een Engelse campagne waarschuwt mensen al jaren dat een hond voor het leven is, niet alleen voor kerstmis. Dat geldt wat ons betreft ook voor kamerplanten die tijdens de feestdagen cadeau worden gegeven. Zorg dat ze niet in de prullenbak belanden, want een kerstplant verzorgen is echt niet zo ingewikkeld.

Maar al te vaak belanden perfecte planten die in klimaatgecontroleerde kassen onder ideale groeiomstandigheden zijn gekweekt, opeens in onze donkere huizen met centrale verwarming. Door deze shocktherapie leggen ze vaak het loodje. Goed je kerstplant verzorgen is dus bittere noodzaak. Dit moet je doen:

De kerstcactus (Schlumbergera) groeit in vochtige regenwouden in de halfschaduw en dus kun je hem thuis het beste niet in direct zonlicht zetten. Houd de luchtvochtigheid op peil door de pot op een met water gevulde schotel met kiezels te zetten. Zet hem na de bloei op een koelere plaats en geef minder water. Vanaf april verhuis je je kerstcactus naar een warmere plek en begin je met voeden. Daardoor ontwikkelen zich nieuwe knoppen, die vroeg in de winter tot bloei komen.

Voorkom na aankoop schade aan het blad door de kerstster of poinsettia (Euphorbia pulcherrima) warm te houden, boven de 12 °C. Zelfs een koude windvlaag op het parkeerterrein bij de winkel kan het blad beschadigen. Zet hem thuis op een plek met indirect licht en geef pas water als de eerste centimeters potgrond droog zijn.

De kerstster is gevoelig voor de daglengte en hij bloeit alleen wanneer hij minder dan 12 uur licht op een dag krijgt. Wil je de poinsettia overhouden voor volgend jaar, snoei hem dan in het vroege voorjaar sterk terug, verpot hem en zorg vanaf het najaar kunstmatig voor een gelijke dag- en nachtlengte door ze 12 uur per dag in een kast te zetten!

Een populair kerstcadeau is de maanorchidee (Phalaenopsis amabilis). Hij groeit van nature in vochtige, schaduwrijke bossen. Geef hem daarom voldoende licht, maar geen direct zonlicht, en veel vocht. Doe net als bij de kerstcactus de ‘kiezeltruc’ en doordrenk de wortels wekelijks met water. Benevel hem verder dagelijks. Knip de stengel na de bloei terug tot het eerste oog en geef om de twee weken orchideeënvoeding. Dat stimuleert de groei van een nieuwe bloeistengel.

Citrusplanten gaan langer mee. Een paar weken centrale verwarming kunnen ze wel hebben. Zet ze in direct zonlicht en zorg dat de temperatuur niet onder de 5 °C zakt. Begiet de grond (liefst met regenwater) als het oppervlak is uitgedroogd. Controleer de planten regelmatig op wolluis en spintmijt en grijp zo nodig in met een sopje. Verhuis de citrusplanten na de kerstvakantie naar een vorstvrije kas of serre en zet ze in de zomer buiten. Citrussen zijn hongerige planten, dus geef ze het hele jaar speciale winter- en zomervoeding.