Aloë vera stekken: een eenvoudig stappenplan

Of je Aloë vera nu kent van verzorgende crèmes of verfrissende drankjes, voor ons plantenliefhebbers is het vooral belangrijk dat hij in onze woonkamers zó goed groeit dat je na een tijdje je eerste Aloë vera stekken kunt maken. En dat is een leuk en dankbaar klusje! Met dit stappenplan en een paar extra tips is het ook nog eens makkelijk.

Aloë vera kun je vermeerderen door zaden te zaaien in een verwarmde kweekbak of via stekken uit blad. De grootste kans op succes heb je daarentegen door jonge uitlopers van de moederplant te scheiden. Deze uitlopers worden ook wel ‘pups’ genoemd. Dit zijn in feite jonge planten die vanzelf verschijnen aan de voet van de moederplant en haar wortelstelsel delen.

Iedere week dit soort plantentips in je mailbox? Meld je dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief!

Sta jij al klaar om je Aloë vera te stekken? Goed nieuws: Aloë vera stekken kan eigenlijk altijd als je hem binnen hebt staan als kamerplant. Als je wacht op het perfecte moment om te stekken, is de lente of de zomer jouw tijd om aan de slag te gaan.

Net als echte pups moet je de jongen van je Aloë vera niet te snel van de moeder scheiden. Wacht tot ze ongeveer een vijfde van de omvang van de moederplant hebben. Je kunt de volwassen plant daarna in een nieuwe pot doen of in de oude pot verder laten groeien, zodat ze meer pups produceert.

Maar hoe pak je het stekken van de Aloë vera precies aan? Volg deze stappen om deze kamerplant met succes te vermeerderen:

Tik de hele plant voorzichtig uit de pot en haal zoveel mogelijk potgrond weg, zodat je goed ziet wat je doet en waar de wortels lopen. Snij dan met een scherp mes voorzichtig de uitlopers ofwel pups los van de moederplant. Soms kun je de pups ook al voorzichtig met de hand losdraaien en hoef je geen mes te gebruiken.

Het is ideaal als de pups al wat wortels hebben, maar het is geen probleem als ze die nog niet hebben. Snij in dat geval de onderkant netjes bij en laat eventuele wortels zitten.

Heeft je pup nog geen wortels, laat hem dan eerst een à twee dagen drogen voor je hem plant in verse, zanderige en goed afwaterende grond (bijvoorbeeld speciale cactusgrond).

Heeft je Aloë wel wortels? Plant hem dan meteen in het potgrondmengsel. Maak de grond eventueel al licht vochtig voor je gaat planten, dat scheelt straks weer water geven.

Origineel komt deze vetplant uit een woestijn-habitat met hoge temperaturen en veel zon, dus zorg ervoor dat jouw moederplant en stekken genoeg licht krijgen. Een plek bij een zonnig raam of zelfs een warme zomer buiten bieden uitkomst. Pas wel op als je deze kamerplant buiten zet dat de grond niet te nat wordt en het overtollige water makkelijk kan weglopen, of haal je plant naar binnen als er veel regen is voorspeld. Zo verklein je onder andere de kans op wortelrot.

Lees hier meer tips voor kamerplanten buiten zetten in de zomer.

Het stappenplan hierboven werkt ook bij andere planten die op deze manier uitlopers produceren. Gebruik dit plan ook voor:

Tip! De pups zijn ook leuk om cadeau te doen!