Gele plekken op je planten, zwarte schimmel, witte pluisjes of pissebedachtige, witte beestjes: dit zijn tekenen dat je plant last zou kunnen hebben van wolluis. Ondanks hun beperkte grootte kunnen deze diertjes best wat schade aanrichten aan je planten. Daarom is het belangrijk om bijtijds actie te ondernemen en wolluis te bestrijden.
Lees verder na de advertentie
Hoe herken je wolluis?
Wolluizen zijn witte, bepoederde beestjes die leven van plantensappen. Je herkent ze aan hun platte, ovalen, pissebedachtige vorm en aan hun kenmerkende witte wolletje dat bestaat uit gesponnen wasdraden. In deze wollen pakjes zetten de meeste soorten ook hun eitjes af. De wolluizen die je traag over je plant kunt zien wandelen zijn de vrouwelijke wolluizen. De mannelijke wolluizen zijn namelijk te klein om met het blote oog te zien en hebben vleugels. Bovendien doen mannelijke wolluizen zich niet tegoed aan je planten, dus dit artikel gaat vooral over de vrouwelijke wolluis.
Wat doet wolluis?
Wolluizen zuigen plantensappen uit de bladeren en stengels van planten. Dit kan een plant verzwakken. Ook kunnen bladeren van je planten bijvoorbeeld vergelen en vervormen. Verder scheiden wolluizen honingdauw uit, een plakkerige, zoete massa die bestaat uit de suikers die de wolluizen niet konden opnemen. Op zichzelf is honingdauw niet zo’n probleem, maar het biedt schimmels zoals roetdauw de kans om zich te ontwikkelen. Je herkent deze schimmel aan zwarte plekken die ontstaan op je planten.
Verder zorgen wolluizen ervoor dat de plant er minder aantrekkelijk uitziet. Vooral bij kamerplanten, die vaak sierwaarde hebben in huis, kan het witte, wasachtige materiaal dat de wolluizen aanmaken er onverzorgd uitzien. De witte, pluizige hoopjes zijn waar de vrouwelijke wolluizen hun eitjes afleggen.
Hoe komt een plant aan wolluis?
Tijdens het eerste stadium van haar leven legt een wolluis soms flinke afstanden af voor ze een plek kiest om definitief te settelen. De wolluis kan op dat moment redelijke stukken lopen en verder worden de beestjes ook verspreid door wind of luchtcirculatie. Toch zijn dat niet de grootste verspreiders van wolluis. Dat zijn we namelijk zelf! Zo kun je via je kleding of nieuwe planten wolluis introduceren in je huis, serre of kas.
Waar vind je wolluis?
Wolluizen zijn taaie beestjes die flinke vorst kunnen doorstaan, maar ze verkiezen toch warme, vochtige plekken boven een bar bestaan. Je vindt ze dan ook voornamelijk op kamerplanten en planten in serres en kassen.
Welke planten lopen kans op wolluis?
Wolluizen worden snel door elkaar gehaald met andere luizen, zoals wollige dopluizen of wollige beukenluizen. Wat helpt bij het herkennen van een plaag, is rekening te houden met de plantensoort waarop je een diertje aantreft. De kans is bijvoorbeeld groot dat je te maken hebt met wolluizen als je ze aantreft op orchidee, bananenplant, cactus, vetplant, Calathea, Ficus, Strelitzia, palm en varen. Daarbij heeft elk van drie meest voorkomende soorten wolluizen een eigen voorkeur wat planten betreft:
- Citruswolluis of serre wolluis (Pseudococcus citri): kamerplanten en fruitbomen uit warmere klimaten zoals olijfbomen, ananas en kiwi.
- Kortstaartwolluis of tomatenwolluis (Pseudococcus viburni): vaak op de voet van stengels van tomatenplanten en op sierplanten zoals orchidee en passiebloem.
- Langstaartwolluis (Pseudococcus longispinus): veel sierplanten en fruitsoorten zoals druiven, avocado en citrusplanten.
Wolluis bestrijden zonder gif: hoe doe je dat?
Helaas is wolluis bij planten een probleem dat meestal niet uit zichzelf weggaat, maar er zijn verschillende manieren om deze plaag te bestrijden. In de winter zijn wolluizen iets minder productief dan in de zomer. In die tijd is het probleem dan ook minder acuut, al zal het zichzelf niet zomaar oplossen. Je kunt wolluis in je huis het hele jaar bestrijden, in een koude kas of buiten doe je dit het beste tussen april en eind september.
Wolluis met de hand verwijderen
Als je planten nog niet erg zijn aangetast en je kunt bij de wolluizen, dan kun je met een doekje en zeepsop de wolluizen verwijderen. Het kan zijn dat wolluizen goed verstopt zitten in bijvoorbeeld de bladoksels of zelfs aan de wortels, zodat je er gemakkelijk overheen kijkt. Deze methode werkt dan ook alleen als je de bladluizen kunt bereiken.
Wolluis bestrijden op een biologische manier
Je kunt wolluis biologisch bestrijden door natuurlijke vijanden uit te zetten. Het voordeel van biologische bestrijding is dat je geen gif gebruikt, wat anders ook nuttige insecten kan aantasten. Verder ga je efficiënt te werk en zijn natuurlijke vijanden ook goed in het aanpakken van verstopte plagen. Biogroei heeft twee handige pakketten waarmee je wolluis kunt bestrijden, namelijk Crymo (met larven van Cryptolaemus) en Chrysop (met eitjes van de groene gaasvlieg).
Cryptolaemus tegen wolluis
De larven van Cryptolaemus hebben een temperatuur van 22 tot 28°C nodig. De jonge larven eten de eitjes en jonge larven van wolluis, terwijl oudere larven wolluizen in allerlei stadia kunnen verorberen. Heb je een lagere temperatuur in je huis, kas of serre? Kies dan voor gaasvliegen (Chrysop).
Chrysop tegen wolluis
Groene gaasvlieg heeft een temperatuur nodig van zo’n 22°C om uit te komen, maar kan vervolgens beter tegen lagere temperaturen dan Cryptolaemus. Ook deze Chrysopa eten schadelijke insecten, zoals wolluis. Gaasvliegen zijn mogelijk minder geschikt voor cactussen met heel kleine stekels, omdat de larven zich kunnen verwonden. Beide natuurlijke vijanden van wolluis eten de pluisjes (eizakjes) niet op, dus die kun je beter met de hand verwijderen nadat je de plaag hebt bestreden.
Over Biogrowi / Biogroei
Biogroei of Biogrowi is een familiebedrijf dat, sinds hun oprichting in 1994, gespecialiseerd is in het biologisch bestrijden van plagen door middel van roofmijten en aaltjes. Hun slogan ‘Beestjes tegen beestjes’ maakt duidelijk dat er wel degelijk een alternatief bestaat voor schadelijke pesticides. Maak jij ook een positieve keuze om geen gif meer te gebruiken in je tuin en in je leefomgeving? Creëer een gezond groen paradijs, waar je kunt thuiskomen, met prachtige kamer-of balkonplanten en een biodiverse tuin, krioelend van de activiteit.