Kersenboom snoeien: wanneer en hoe?
Bewaar bericht
Wil je dit artikel bewaren? Log in of maak een account aan om het op te slaan bij je favorieten.
Log in
Lees verder onder de advertentie
Wanneer kan een kersenboom gesnoeid worden? In het voorjaar genieten we van de bloesem van de kersenboom en in de zomer van de vruchten. Om een kersenboom gezond en in vorm te houden, mag je de snoeischaar er af en toe bij pakken. In dit artikel vind je slimme snoeitips.
Lees verder onder de advertentie

Er zijn grofweg twee soorten kersenbomen te onderscheiden: de zoete kers (Prunus avium) – ook wel wilde kers of kriek genoemd – en de zure kers (Prunus cerasus), oftewel de morel. Zoete kersen worden graag vers gegeten, terwijl zure kersen meestal verwerkt worden tot sap, jam of taart. De zure kers blijft als boom wat kleiner en de zoete kers zie je vaak als vrijstaande boom. Er bestaan nog veel meer soorten, zoals de meikers of sierkers. In dit artikel geven we snoeitips voor de fruitboom.
Tip! Meer lezen over het snoeien van verschillende Prunus-soorten? Lees ook ons artikel over Prunus snoeien.

Kersen hebben voldoende lucht én zonlicht nodig om te kunnen rijpen. Daarom wil je niet dat de takken te dicht groeien. Je wil ook dat er een briesje door de takken kan waaien, waardoor de boom minder vochtig wordt en dus minder snel schimmel oploopt. Uiteindelijk wil je vooral dat jouw boom lekker veel kersen geeft en lang gezond blijft, daarom is af en toe snoeien belangrijk. Een symmetrische vorm behouden, is ook een goede reden om te snoeien.
In principe kun je een kersenboom snoeien tussen half april en september. Het voordeel van snoeien in het voorjaar, is dat je goed zicht hebt op de bloem- en bladknoppen. Idealiter snoei je pas midzomer, nadat alle kersen in juli-augustus zijn geplukt. Snoeiwonden kunnen dan namelijk goed helen, waardoor je schimmels zoals zilverblad voorkomt.
In oktober-november staat de groei en sapstroom van de kersenboom even stil. Dan kun je eventueel wat takken wegnemen, maar zeker niet teveel. Snoei je kersenboom nooit in de winter of als er vorst op komst is.
Snoei een kersenboom niet te rigoureus – niet meer dan een kwart van het volume van de kroon per keer – anders verliest de boom te veel energie. Doe het in kleine stapjes. Hieronder vind je 9 snoeitips, maar houd vooral rekening met de leeftijd en vorm van jouw boom.
Goed om te weten is dat kersen op tweejarig hout groeien. Houd dus altijd een, twee en driejarige twijgen in je kersenboom. Behoud ook weer niet té veel eenjarig groen, want daar gaat veel energie naartoe. Het is zoeken naar de balans, maar wel een leuke uitdaging!

Jonge kersenbomen snoei je het best in het voorjaar, in tegenstelling tot oudere kersenbomen die je beter in de zomer snoeit. Door een jonge kersenboom in de eerste vijf jaar jaarlijks te snoeien, bepaal je de vorm van de boom én geef je deze extra groeikracht. Het zou kunnen dat jouw jonge boom door het snoeien wat minder vruchten geeft, maar hier pluk je later wel weer de vruchten van.
In het eerste jaar haal je steeds alle bloemen weg. In de jaren erna haal je vooral takken weg met veel bloemknoppen. Dit alles om een sterk gestel te stimuleren. Is de kersenboom groot genoeg? Dan knip je elke zomer alle eenjarige scheuten terug tot een paar cm.

Een boomkroon zorgt voor structuur en vorm van de kersenboom. Na het eerste jaar kun je hiermee aan de slag. Volg dit stappenplan:
1. Eerst top je de centrale stam (harttak) van de boom in de hoogte, net boven de plek waar je de boomkroon wil. Deze blijft iets langer dan de gesteltakken.
2. Selecteer 4 stevige takken die uit de stam van de boom groeien. Dit zijn de gesteltakken.
3. Kijk of ze mooi in een hoek van 45 graden lopen met de stam.
4. Houd voor de laagste stam een hoogte van 50 cm boven de grond aan.
5. Zorg dat het gestel een symmetrisch geheel vormt, oftewel even dikke takken, even lang en met een zelfde hoek tot de stam, verdeeld over verschillende hoogtes.
6. Snoei de gesteltakken terug tot 60 cm, op een halve cm boven een gezonde knop die zich naar buiten richt.
7. Selecteer 2-3 sterke zijtakken die horizontaal door mogen groeien en knip de overige takken van de boom. De twee zijtakken knip je af tot ongeveer 10 cm. Hier gaan bloemknoppen en later vruchten komen.
8. Een jaar later kun je een tweede boomkroon maken, 60 cm boven de eerste kroon.
9. Na het derde jaar heeft de kersenboom geen nieuwe boomkroon nodig.
Tip!
Vol praktische tuintips, heel veel inspiratie en altijd duurzame oplossingen voor jouw tuin.
Heb je een oude, verwaarloosde kersenboom? Kom dan niet in de verleiding om hem in één keer zeer drastisch terug te snoeien. Bij voorkeur doe je dit geleidelijk, verdeeld over meerdere jaren. Eerst de dode of beschadigde takken in de kroon, dan de kruisende takken die de boom te dichtbegroeid maken, enzovoorts. Bij een oude kersenboom is bijvoeden belangrijk. Dit doe je het liefst om de 8 weken. Je krijgt er lekkerdere kersen en minder schimmels van!