Wanneer moet je kamerplanten verpotten, en hoe doe je dat?

Planten groeien gestaag en zo ook je kamerplanten. Het kleine plantje dat ooit gekocht of gekregen werd, past op een bepaald moment niet meer in de pot. Je moet je kamerplanten verpotten om ze een nieuwe plaats geven. Zo kunnen ze verder groeien en ondervinden ze geen hinder van een te kleine pot. Lange tijd genieten van je favoriete kamerplanten? Dat doe je door ze alle zorg te geven die ze nodig hebben – en daar hoort ook het tijdig verpotten bij.

Kamerplanten die al een flinke tijd in een te kleine pot staan, zullen er op termijn voor zorgen dat de pot niet meer stabiel staat en omvalt. Bovendien hebben de wortels in een te kleine pot niet voldoende ruimte. Dat levert een tekort aan lucht op, waardoor de wortels verstikken. Door het verpotten krijgen de planten ook verse aarde met voedingsstoffen, waardoor ze nog beter en mooier kunnen groeien. Verpotten is dus op alle vlakken een taak om zeker aandacht voor te hebben.

Dat het belangrijk is om kamerplanten tijdig te verpotten, is nu al duidelijk. Wat is dan het perfecte moment om dat te doen? Er zijn een paar tekenen die erop wijzen dat de pot te klein wordt voor je plant:

Vooral jonge planten zul je veel sneller moeten. Ze groeien nog sneller dan al iets oudere planten.

Het voorjaar is de beste periode om te verpotten. De warmere omgeving en de grotere lichtintensiteit geven je planten meer energie om te leven en te groeien. Is het verpotten dringend, dan kun je dat natuurlijk ook buiten deze periode – met de nodige voorzichtigheid – doen.

Het verpotten van kamerplanten is niet moeilijk, en met dit stappenplan wordt het nog makkelijker.

Je doet er goed aan de kamerplanten ongeveer een uur voor het verpotten nog voldoende water te geven. Dit maakt het een stuk makkelijker om later de plant uit de oude pot te halen zonder schade aan te richten.

Zorg voor een schone pot: was hem uit en maak hem vrij van resten van een eerder gebruik. Water, zeep en een sponsje volstaan om de pot schoon te maken.

Onderin de pot leg je eerste een laag hydrokorrels. Die zorgen ervoor dat het overtollige water weg kan, waardoor de kans op wortelrot kleiner wordt. Ongeveer een 3 centimeter aan hydrokorrels volstaat voor een goed resultaat.

Vervolgens haal je de plant uit de oude pot. Het makkelijkste doe je dit door de pot om te keren, tegen de pot te tikken met je ene hand en de potkluit tegen te houden met de andere hand. Omdat je de plant voordien water gaf, zou deze stap vrij makkelijk moeten verlopen.

Nu de plant uit de pot is, kun je van de gelegenheid gebruik maken om de wortels te ontwarren en rotte stukken wortels weg te halen. Op die manier heb je een volledig gezonde plant die klaar is om verder te groeien.

Bovenop de hydrokorrels leg je nu een eerste laagje verse, turfvrije potgrond. Daar zet je de plant bovenop. De ruimte die dan nog vrij is, vul je op met potgrond.

Druk de verse potgrond aan en voeg meer aarde toe, tot de pot volledig gevuld is. Aandrukken van de verse grond doe je het meest efficiënt met je duimen.

De laatste, maar daarom zeker niet minder belangrijk stap, is de verzorging van de kamerplant na het verpotten. Het is belangrijk om de plant regelmatig voldoende water te geven en niet in de volle zon te zetten. Na een goede week kun je de plant terug op zijn vertrouwde plaatsje zetten, om hem verder te laten groeien tot de volgende verpotbeurt.

Met bovenstaand stappenplan wordt het verpotten van alle kamerplanten een makkelijke klus. Een goede verzorging van je kamerplanten, waar ook het verpotten onder valt, zorgt voor steeds mooiere en gezondere planten en dat aangename beetje groen in huis.