Een duik in het verleden: geniet van 19e eeuwse tuinen
Bewaar bericht
Wil je dit artikel bewaren? Log in of maak een account aan om het op te slaan bij je favorieten.
Log in
Lees verder onder de advertentie
De mode verandert constant, niet alleen in de mode of interieurs, maar ook in tuinen en parken. In museum No Hero in Delden vind je een interessante tentoonstelling over tuinen uit de 19e eeuw.
Lees verder onder de advertentie
In de vroege 19e eeuw zag je de vroeg-landschappelijke stijl: op een relatief klein oppervlak waren veel landschappelijke elementen te vinden. Het doel: de bezoeker of wandelaar veel verschillende emoties te laten ervaren bij de beken, vijvers, heuvels, bosschages en bruggetjes. De slingerende paden zorgden voor verrassingen gedurende de wandeling. Onderweg kwam de wandelaar ‘tuinsieraden’ tegen, zoals kleine gebouwtjes, prieeltjes, gietijzeren poorten, maar ook beelden of vazen.
Tip!
Vol praktische tuintips, heel veel inspiratie en altijd duurzame oplossingen voor jouw tuin.

Wat later in dezelfde eeuw veranderde de stijl in een steeds grootschaliger en natuurlijk ogend landschap. Boomgroepen, waterpartijen en wild of vee waren belangrijke aspecten. Een te al gekunstelde tuin werd ‘vereenvoudigd’ en bijvoorbeeld door zichtlijnen visueel groter gemaakt. Soms werd er ook meer terrein aan het ‘park’ toegevoegd, en onttrokken aan het agrarisch gebruik. Al kon soms wel het vee blijven: maar dan wel in fraai vormgegeven weiden.

Een reactie daarop zag je vanaf 1880 rondom kastelen. Er was sprake van een terugkeer naar formele, op Franse tuinkunst uit de 17e eeuw gebaseerde stijl. Dat hield in: strenge geometrie en geschoren hagen, zoals je ze kent van de tuinen van Versailles of de tuinen van Paleis Het Loo. De natuur werd beheerst, met formele kenmerken zoals parterres, hagen, een berceau (loofgang) en doolhof.
Tegenwoordig kun je nog steeds wandelen door deze drie tuinstijlen uit de 19e eeuw. In de drie tuinen van Nijenhuis, Twickel en Weldam zijn ze alle drie nog zichtbaar. Tuin- en landschapsarchitecten Éduard André (1840 – 1911) en Hugo Poortman (1858 – 1953) ontwierpen deze tuinen.
Heb je zin om je onder te dompelen in 19e eeuwse tuinstijlen? Start dan een wandeling bij Museum No Hero in Delden. Je vindt er een tentoonstelling over de drie fascinerende tuinen en parken. Vervolgens verken je de tuinen van Twickel (aan de overkant van het museum), Weldam (Goor) en Nijenhuis (Diepenheim) – eventueel met handboekje en picknicktasje, verkrijgbaar bij het museum. De tentoonstelling is tot en met 2 oktober te bezoeken.

Ga je op bezoek bij de tuinen, doe dat dan in stijl – niet om je dagelijkse stappenaantal te halen, maar zoals ze dat in de 19e eeuw deden.