Zonnekruid

Zonnekruid, oftewel Helenium, heeft charmante, margrietvormige bloemen die in de nazomer gegarandeerd voor een levendige kleur in de tuin zorgen. Omdat de bloemen open zijn, vormen ze een goede nectarbron voor insecten.

Met bloemen in warme tinten geel, oranje en rood zien ze er fantastisch uit in een gemengde border. Goede planten om zonnekruid mee te combineren zijn hogere grassen, andere margrietbloemen zoals Echinacea of warmkleurige vuurpijlen (Kniphofia). Er zijn honderden cultivars om uit te kiezen. Ze zijn allemaal aantrekkelijk voor bijen en andere bestuivers. Heleniums zijn ook goede plukbloemen.

Kweek zonnekruid in vochtige maar goed gedraineerde grond in de volle zon. Geef hogere variëteiten steun, vooral op wat minder beschutte plekken. Geef regelmatig water om uitdroging van de grond te voorkomen en verwijder uitgebloeide bloemen om de plant langer te laten bloeien Deel een oudere Helenium om de paar jaar, in het voorjaar of in de herfst. Zo kun je de plant vernieuwen. Het binnenste, oudste, deel kan op de composthoop, en de andere delen kun je opnieuw uitplanten. Heleniums sterven in de winter af, dus je kunt ze na de bloei terugsnoeien.

Heleniums zijn geen kieskeurige planten: ze doen het goed in de meeste vruchtbare, maar goed doorlatende grond. Hoewel ze ook halfschaduw kunnen verdragen, kun je uitbundigere bloei verwachten op een plek met veel zon. Niet gek, voor een plant die oorspronkelijk afkomstig is van de Noord-Amerikaanse prairies!

Graaf een groot gat, groter dan de pot waar je plant in staat, en voeg een beetje compost toe, zodat de grond meer vocht vasthoudt, zonder de drainage te verslechteren. Plant zonnekruid het liefst in de volle zon, al kan hij een klein beetje schaduw ook wel aan. Als de pot flink doorworteld is, is het verstandig om de wortels een beetje los te maken voordat je de plant in z’n plantgat zet. Op die manier stimuleer je de wortels om straks door te groeien. Heb je de mogelijkheid, plant dan een groepje van drie of vijf planten samen.

Zonnekruid heeft regelmatig water nodig, dus laat de grond niet uitdrogen. Knip de uitgebloeide bloemen om de plant in bloei te houden, of pluk de bloemen voor een mooi boeket. 

Grotere variëteiten wil je vroeg in het seizoen een plantensteun geven. Zo is er minder kans dat ze omvallen. De planten zullen in de winter afsterven, dus kun je ze na de bloei terugsnoeien.

De wortelkluiten kunnen na een paar jaar een beetje dichtgroeien. Als dat het geval is, kun je ze kluiten in de herfst of lente splitsen. Zo vermeerder je ook meteen de plant.

Om Heleniums te vermeerderen, deel of scheur je de planten in de herfst of lente. Graaf een gevestigde kluit op die groot is en waarvan de scheuten vrij dicht op elkaar gegroeid zijn. Splijt hem met een spade en voeg veel goed verteerde compost toe bij het herplanten.

Je kunt de plant in het voorjaar ook stekken. Hiervoor neem je basisstekken van nieuwe scheuten: snijd een nieuwe scheut helemaal bij de basis af en zet hem in een potje goed waterdoorlatende potgrond of zaai- en stekgrond. Zet het potje in een kweekkasje of maak een plastic zakje vast om de pot. Op die manier gaat er geen vocht verloren (let op: regelmatig luchten!). Zodra de wortels zichtbaar zijn door de gaatjes onderaan de pot, kun je de nieuwe plant uitplanten.

Heleniums zijn over het algemeen vrij van plagen, maar kunnen gevoelig zijn voor bladvlekkenziekte. Verwijder aangetaste bladeren om de verspreiding tegen te gaan.

Laat je inspireren door deze mooie variëteiten Helenium.