Sla zaaien: het hele jaar sla kweken en oogsten doe je zó
Bewaar bericht
Wil je dit artikel bewaren? Log in of maak een account aan om het op te slaan bij je favorieten.
Log in
Lees verder onder de advertentie
Wedden dat je na het lezen van dit artikel nooit meer een zakje sla in de winkel koopt? Veel mensen denken dat sla zaaien en kweken alleen iets is voor het voorjaar en de zomer, maar niets is minder waar. Met de volgende aanpak kun je het hele jaar sla oogsten uit je eigen ‘saladebar’.
Lees verder onder de advertentie
Er is niet één moment waarop je sla (Lactuca sativa) zaait. Als je het hele jaar sla uit je eigen moestuin wilt eten, moet je twee dingen doen:
Sla houdt van redelijke koele temperaturen. De zaden hebben minstens 6 graden nodig om te ontkiemen, maar boven de 25 graden gaan de zaden in kiemrust. Gelukkig kun je sla makkelijk verspenen, dus je kunt zelf een ideale plek kiezen om ze voor te zaaien.

Ook onder de slasoorten heb je koukleumen en hitte-haters. Waar de ene slasoort strenge vorst in februari geen probleem vindt, geeft een andere soort de voorkeur aan zomerse warmte. Grofweg kun je de volgende indeling maken voor sla per seizoen:
Met een koude kas kun je het zaaien en oogsten een maand vervroegen en verlengen.
Sommige soorten kunnen beter tegen zomerhitte dan andere. Voorkom doorschieten door ze voldoende schaduw en water te geven.
Naast deze soorten heb je ook nog veldsla. Dat is eigenlijk geen ‘echte’ slasoort, maar hij wordt wel zo behandeld. Je kunt veldsla tot in de herfst buiten zaaien en ‘tot in het voorjaar oogsten. Ook zijn er diverse soorten kropsla die erg winterhard zijn. Zaai deze in de vroege herfst en plant ze voor de winter uit (in een koude kas of onder vliesdoek). Je kunt ze dan begin voorjaar oogsten.

Sla zaaien is erg eenvoudig. In principe kun je sla in het voorjaar en de zomer zaaien in de vollegrond, maar er zijn veel dieren die azen op de zaailingen en jonge blaadjes. Je kunt ze dus het beste voorzaaien en daarna de jonge plantjes uitplanten.
Tip!
Vol praktische tuintips, heel veel inspiratie en altijd duurzame oplossingen voor jouw tuin.
Om de sla voor te zaaien ga je als volgt te werk:

Zodra je voorgezaaide plantjes groot genoeg zijn, is het tijd om uit te planten. Het hangt af van het seizoen wat de beste plek is om dat te doen.
Als je sla voorzaait, in welk seizoen dan ook, is het belangrijk om de plantjes eerst voldoende af te harden voor je ze uitplant. Houd bij het uitplanten de juiste afstand aan (check je zadenzakje) en geef meteen na het planten water.
Bescherm je slaplanten buiten in de zomer met een schaduwdoek tegen de ergste zomerhitte, of plant ze in de schaduw van een ander gewas (bijvoorbeeld aan de voet van goede buren, zoals bonen of tomaten). Het voorkomt dat je sla te snel doorschiet of bitter wordt. Geef bovendien bij droogte regelmatig water.
Tip! Pas combinatieteelt toe om schaduw te creëren voor je sla én om optimaal gebruik te maken van je ruimte.
Het planten van sla in een folietunnel biedt dezelfde voordelen als sla planten in een kas. Voor winterharde sla biedt dat ruim voldoende bescherming tegen matige (-5) of zelfs strenge (-10) vorst en – heel belangrijk – tegen de wind. Heb je geen folietunnel en wil je toch sla in de winter kweken? Kweek dan goed winterharde soorten en dek ze bij vorst of gure wind toe met wat vliesdoek.

Sla hoef je niet per se voor te zaaien. Zolang je ze kunt beschermen tegen plagen zoals slakken, kun je ze ook rechtstreeks zaaien.
Door sla te zaaien in de kas, kun je eerder in het seizoen beginnen met slasoorten die van wat meer warmte houden. Ook kun je met een kas – ook een onverwarmde – het hele jaar door sla oogsten. Je kunt ervoor kiezen om rechtstreeks in de grond te zaaien. Dun de planten uit volgens de informatie op het zakje van je slazaden.
Als je sla rechtstreeks in de vollegrond zaait, loop je meer risico op plantjes die al snel ten prooi vallen aan hongerige beestjes. Maar het kán natuurlijk wel. Maak met een hark wat ondiepe zaaigeultjes en geef ruim water. Strooi daarna de zaden in de geultjes en dek ze lichtjes toe met wat grond. Doordat je al water hebt gegeven, loop je niet het risico dat de zaden wegspoelen. Houd de grond vochtig tot de zaden ontkiemd zijn.